Vermogensrendementsheffing: Eerst zien, dan geloven

Al vele bloggers voor mij hebben erover geschreven: de aanpassing in de vermogensrendementsheffing. Zo heeft Geldnerd een volledige berekening online gezet over de gevolgen en vele andere bloggers hebben hier ook een stukje over geschreven, waaronder bijvoorbeeld Luxe of Zuinig. Ondertussen zijn we ruim een maand verder en heb ik er nog steeds niets over geschreven. Dat is niet dat de politiek mij niets interesseert of dat ik mij geen zorgen maak over deze belastingverhoging. In tegendeel zelfs. Ik volg het vrij nauwkeurig. Maar ondertussen doe ik dat ook met een korreltje zout. De plannen zijn tenslotte pas voor 2022.

Nieuwe plannen voor de vermogensrendementsheffing

Opnieuw een aanpassing in de belasting op je vermogen. Heel kort door de bocht heb je straks geen belastingvrije voet meer, maar betaal je belasting over jouw daadwerkelijke rendement. Daarbij wordt het onderscheid gemaakt of je het geld op een spaarrekening hebt staan, of dat het belegd is op de beurs. Vervolgens krijgt iedereen €400 korting op de te betalen belasting. Heb je al je spaargeld op een spaarrekening staan, kan je volgens de berekeningen wel tot €400.000 belastingvrij vermogen hebben. Heb je het op de beurs geïnvesteerd, is het belastingvrij vermogen gedaald naar zo’n €7.500. Voor de exacte berekeningen en uitwerkingen verwijs ik graag naar andere bloggers, die hebben het tot in de details uitgewerkt.

Behoefte aan hervorming van vermogensbelasting

De behoefte om de belasting op het vermogen (de vermogensrendementsheffing zoals deze echt heet) te veranderen bestaat er al jaren. Vroeger werd er namelijk belasting geheven over een fictief rendement van 4%. Nou, lang geleden dat je die percentages nog haalde. Daarom is het hele systeem veranderd. Men is nu meer trapsgewijs gaan werken. Tegenwoordig betaal je over het eerste deel vermogen geen belasting, het tweede deel een beetje en zo betaal je steeds meer totdat je over alles boven een miljoen de maximale belasting betaalt. Daarbij gaat men ervan uit dat, hoe meer vermogen je hebt, hoe meer rendement je ermee weet te behalen en dus meer belasting daarover moet betalen. Wil je weten hoe dit precies werkt? Kijk dan even bij de uitleg over vermogensrendementsheffing.

Iedereen wil gelijk behandeld worden

En dan komt het: iedereen wil gelijk behandeld worden, maar niemand wil zwaar belast worden. En daar gaat het nu ‘mis’. Want als je eenmaal een groot bedrag (zeg €300.000) op de bank hebt staan, moet je daar procentueel gezien meer belasting over betalen dan iemand die €50.000 op de bank heeft staan. Als je dan aangeeft dat je de beurs te risicovol vindt, heb je dikke pech. En dat vind men dan niet eerlijk. Want effectief is het belastingpercentage hoger dan de spaarrente, laat staan als daar ook nog inflatie bij komt kijken.

Kabinetsplannen om het rendement te belasten

En het hele doel van deze belasting is natuurlijk niet om jouw vermogen te belasten, maar het inkomen uit vermogen. Maar dat is best lastig. Want hoe krijg je nou dat hele plaatje compleet? Hoe bereken je nou precies hoeveel rendement je hebt behaald in dat jaar. Om dat te vereenvoudigen, wordt er gekeken naar jouw vermogen en wordt er vervolgens gewerkt met een fictief rendement. Dat was vroeger 4%. Dat hebben ze gelukkig wel aangepast naar een variabel rendement afhankelijk van de historische beursresultaten en rentegemiddelden. Daarbij kijkt men ook nog eens een stuk beter naar hoeveel vermogen je hebt. Een hele verbetering ten opzichte van vroeger.

Kabinetsplannen: Eerst zien, dan geloven

Maar dan nog even terug naar de titel. Want, ik ben er nogal sceptisch over. Natuurlijk, de plannen zouden voor mij niet heel gunstig uitpakken. Ik zal (behoorlijk) veel meer belasting moeten gaan betalen over mijn vermogen en daar ben ik echt niet blij mee. Maar bij mij is er nog een overweging. Namelijk het feit dat het om een wetsvoorstel gaat. Ja, de plannen zijn concreet, maar eerst moeten nog 150 mensen hun plasje erover doen. Vervolgens moeten met die nieuwe plannen nog eens 75 mensen gaan bedenken of ze het er mee eens zijn en pas dan kan er dan daadwerkelijk een krabbel onder. En hoe kan ik mij nog zorgen gaan maken over iets, waarin twee rondes onze volksvertegenwoordiging er nog hun plasje over moeten doen. Dan nog niet eens gesproken over de vervanging van onze volksvertegenwoordiging in 2021. Want wat worden hun standpunten rondom deze wet? Houden ze het überhaupt wel vol tot 2021, nu ze ook nog eens een minderheid hebben in de tweede kamer.

Zorgen maken komt later wel

Ja, ik maak mij zorgen om dit wetsvoorstel en vind het alles behalve leuk. Maar met de snelheid waarmee er in de politiek dingen besloten worden en voordat ze daadwerkelijk ten uitvoer gaan komen, wacht ik nog even rustig af. Waar onze Sidney bij Powned altijd roept: “Je moet stelen van de rijke tata’s”, wordt er met maatregel inderdaad (veel) meer geld betaald door ‘de rijken’. Dat daar dan een iemand met een bescheiden beleggingsportefeuille van €40.000 al zwaar de dupe van is, gaat scheve gezichten opleveren. Scheve gezichten en mogelijk nog meer van die blokkeer-demonstranten. Ik zie het al voor mij, het Malieveld vol met dure auto’s en spanborden: “Ik heb er ook hard voor moeten werken” en “Zet je me nou in de zeik, straks ben ik niet meer rijk”. Het liefst zie ik dan alle mensen die FIRE nastreven dan ook nog een hoekje van het Malieveld bezetten met het spanbord “Wij willen anoniem blijven” en “Wat zij zeggen”. Gewoon omdat het kan 🙂

We zien het wel

Tja, met alle plannen, mogelijke veranderingen en blokkerdemonstraties moet ik het allemaal nog maar zien gebeuren. Noem me naïef, maar ik heb wel vaker plannen gehoord waar uiteindelijk niet zo heel veel van terecht kwam. En aangezien er nog genoeg dingen zijn waar ik mij echt zorgen om moet maken, zie ik het aangepaste wetsvoorstel vanzelf wel voorbij komen.

4 gedachten over “Vermogensrendementsheffing: Eerst zien, dan geloven”

  1. Ik moet het ook nog maar zien gebeuren. Wel is het duidelijk dat de regering een andere kant op wil, en eerlijk is eerlijk, het nieuwe systeem zou (ietsje) eerlijker zijn dan het huidige systeem. Blijft wel het feit dat dat ons als kleine belegger onredelijk hard gaat raken.

    Trouwens, met het wetsvoorstel gaan ze niet je werkelijke rendement belasten, maar je fictieve rendement op basis van werkelijke allocaties van spaargeld, beleggingen en leningen. Voor die drie categorieën komen er standaardrendementen, en die gaan belast worden.

    Beantwoorden
  2. “fictieve rendement op basis van werkelijke allocaties van spaargeld, beleggingen en leningen”

    Was dat maar zo. Het is sparen of beleggen. Het fictieve rendement voor de categorie overige wordt berekend op 100% aandelen. Een behoudende portefeuille bestaande uit 60% obligaties en 40% aandelen, of een crowdfundingportefeuille wordt gewoon tegen 5,33% verwacht rendement belast.

    Ga er van uit dat iemand nog wel het licht ziet. Anders zitten we weer met de zelfde problematiek als onder de oude regeling. Alleen zijn het dit keer niet de spaarders die te zwaar worden belast, maar een andere groep.

    Beantwoorden
  3. Nee hoor, leningen tellen gewoon mee. Leningen in box drie dus, als je een persoonlijke lening hebt oid. Het voorstel is die tegen -3,03% aan te slaan volgens mij.

    Crowdlending is inderdaad gewoon een belegging.

    Beantwoorden

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.