Jouw eigen spaarrente verhogen

0,05%… Meer krijg je op dit moment niet aan spaarrente bij één van de drie grootbanken. Als ik €100 een heel jaar op mijn rekening laat staan, krijg ik daar wel 5 cent rente over. Gelukkig zijn er alternatieven waarmee je de rente voor jezelf wat omhoog kan krikken!

De voordelen van de spaarrekening
Naast al mijn investeringen maak ik ook zeker gebruik van een spaarrekening. Die is namelijk heel erg belangrijk in de vorm van een buffer. Stel dat nu mijn wasmachine kapot gaat, moet ik gewoon een nieuwe kunnen kopen en niet hoeven wachten toch er genoeg inkomsten zijn gegenereerd om een nieuwe te kunnen betalen. Je kan er even makkelijk bij. Vroeger kreeg je daar gerust een vergoeding in de vorm van 2% tot 3% rente voor. Die tijden zijn helaas gevlogen. Gelukkig zijn er wel genoeg manieren om jouw spaargeld beter te laten renderen. Zonder dat je risico loopt dat je het geld kwijt raakt!

Verander van bank
Het klinkt zo simpel, maar kijk eens om je heen. Er zijn namelijk veel meer banken dan je zelf denkt. Zelf heb ik een rekening bij leaseplanbank. Eigenlijk is het alleen een spaarrekening. Het enige dat ik er namelijk mee kan doen is geld neerzetten en terugstorten naar mijn betaalrekening. Niets anders. Het is niet meer dan enkel een normale spaarrekening. Het nadeel is dat het een dag of weekend kan duren voordat ik het geld weer op mijn eigen rekening heb. Dat zal wegvallen op het moment dat alle banken over zijn gestapt op Instant payments, maar voor nu is dat het geval.
Al het geld dat ik dus niet direct nodig heb, maar waar ik wel met een paar dagen bij moet kunnen, staat daarop. Bijvoorbeeld voor de renovatie voor onze rioleringspijpen. En in plaats van 0,05% ontvang ik daar 0,35%. Nog steeds erg weinig, maar wel al 7x zoveel als bij mijn andere rekeningen. En dat terwijl deze bank ook gewoon keurig onder het deposito garantiestelsel van de Nederlandse staat valt. Valt de bank om, komt het geld tot €100.000 gewoon terug. Het enige risico dat je hier dus loopt is dat je niet vandaag, maar pas morgen bij je geld kan.

Maak gebruik van deposito’s
Deposito’s zijn spaarrekeningen waar je een bedrag vastzet voor een bepaalde periode. Zeg: €1000 voor een jaar. In mijn eerdere voorbeeld van leaseplanbank ontvang je dan 0,65%. Dat is 13 keer zoveel als wanneer je het op de normale spaarrekening laat staan. Het nadeel is hierbij wel dat je ook daadwerkelijk een jaar niet bij het geld kan. Gaat de wasmachine kapot, dan kan je dit geld daar niet voor gebruiken. Het verschilt per bank, maar zelfs in het geval van het kopen van een huis kan het voorkomen dat je dit geld niet mag aanspreken. Hou daar dus rekening mee!

Elke paar maanden bij een deel kunnen
Stel nou dat er behoorlijk wat op je rekening staat, maar je hoeft er niet altijd bij te kunnen. Stel, jouw buffer is €10.000, waarvan je de helft waarschijnlijk toch nooit gaat gebruiken. Dan kan je ook kiezen voor meerdere deposito’s:
1x €1.250 voor drie maanden tegen 0,3%
1x €1.250 voor zes maanden tegen 0,45%
1x €1.250 voor negen maanden tegen 0,55%
1x €1.250 voor twaalf maanden tegen 0,65%

Op het moment dat de eerste deposito afloopt, sluit je met dat geld een nieuwe deposito af voor twaalf maanden. Doe je dit consequent, heb je dus elke 3 maanden de beschikking over een extra €1.250 euro en vang je na een jaar 0,65% rente. Nog steeds is hier het risico dat je opeens bij het geld moet, maar daarom moet je ook niet alles in een systeem als dit stoppen. Die €5.000 die op de normale spaarrekening staat is dus jouw eerste buffer.

Nadelen van deposito’s
Nog een ander nadeel van een deposito is dat de rente van de normale rekening kan stijgen. Met een deposito zet je het geld en het rentepercentage vast. Voor bijvoorbeeld een heel jaar. Stijgt de rente in dat jaar van de normale spaarrekening boven het niveau van die deposito heb jij toch echt dikke pech. Je hebt aan het begin 0,65% rente afgesproken, dus dat is wat je aan het einde krijgt. Maakt niet uit of de rente op je spaarrekening dan opeens op 1% staat.

Neem het zelf in handen
Je kan voor een deel dus zeker de spaarrente verhogen met beperkte risico’s. Een andere bank zorgt voor hogere rente en duurt een dag langer voordat je bij het geld kan. Heb je het geld op de langere termijn echt niet nodig, maar wil je geen risico lopen om het geld kwijt te raken zoals op de beurs of via crowdfunding, dan is een deposito zeker een oplossing.
Voor een eenvoudig vergelijk van banken, hun voorwaarden en de rentepercentages adviseer ik de site https://www.vanspaarbankveranderen.nl Een kort maar krachtig overzicht van precies de dingen die je moet weten: Welke bank, welke looptijd, onder welk garantiestelsel valt de bank en hoeveel rente levert het op.

 

4 gedachten over “Jouw eigen spaarrente verhogen”

  1. Als je de helft van je geld toch ´nooit´ gaat gebruiken, is het natuurlijk slimmer om dit wat langer vast te zetten, zodat je meer rente ontvangt. 1, 2, 3 en 5 jaar of zoiets.

    Beantwoorden
    • Dat is zeker waar. Het gevaar wat er daarbij wel ontstaat is dat er in 5 jaar heel veel kan gebeuren. Ook in de rentestanden. Nu krijg je op een 5 jarig deposito 1,05%. Stel dat de variable rente opeens heel erg gaat groeien en elk jaar een half procent stijgt, heb je achteraf spijt dat je het 5 jaar hebt vastgezet. Andersom kan je natuurlijk wel geld voor langer vastzetten als op dat moment de rente erg hoog is.

      Beantwoorden
  2. Als ik 0,35% krijg vrij opneembaar zal ik niet zo gauw een deposito openen waar ik maar 0,3% rente op krijg. Tenzij ik verwacht dat de rente op de vrij opneembare rekening heel snel gaat dalen de komende 3 maanden.. 😉

    Beantwoorden
  3. naar aanleiding van je post toch maar geld in deposito’s vastgezet. voor een korte tijd dat wel. we sparen bij moneyou en die bieden nu alleen deposito’s voor 6 maanden. we proberen het maar eens met spaargeld voor de kids (hebben ze de komende 10 jaar in principe nog niet nodig 😉 ) en wat andere spaarpotjes

    Beantwoorden

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.